In Quotisatie als vrijgesel maar wel met 3 kinderen

[Michiel]

Hallo,

Wie kan helpen bij onderstaande interpretatie?

Kollumerland Quotisatie 1749
Plaats: Westergeest

Omschrijving : vrijgesel
Perso(o)n(en): Wibe Jarigs
Aant. volw. : 3
Aant. kind. : 3
Aanslag : 30:00:00
Verhoging : -
Vermogen : -

Zijn (latere of eerdere) huwelijk met Eelkje Jelles heb ik niet kunnen vinden en het echtpaar doopt pas vanaf 1750.

Waarom wordt iemand als 'vrijgesel' omschreven terwijl ook 3 kinderen worden genoteerd? Is hij nooit getrouwd (geweest) met Eelkje (maar woonde hij wel in 1749 samen met haar)?

Het is zeker niet uniek; verder kijkend in de database (zoeken op combinatie vrijgesel, aantal kinderen en aantal volwassen), maar benieuwd hoe dit wordt uitgelegd.

Zijn het twee knechten of inwonende familie en 3 kinderen uit een eerder huwelijk?

[jacqueline]

Hallo Michiel,

Waarschijnlijk zegt het niets over zijn burgerlijke status - uit de toelichting bij de quotisatie:

Omschrijving: hierbij wordt het beroep vermeld en/of een kwalificatie, meestal met betrekking tot de welstand van de betrokkene, gegeven. De betekenis van een beroep dat minder bekend is kan worden opgezocht in de Beroependatabase.

Helaas staat in deze beroependatabase vrijgezel niet verklaard, evenmin als in het Beroepsnamenboek van Glasbergen
Er trouwen ook nogal wat bruidegommen als vrijgezel, b.v

Dokkum, huwelijken 1729
Vermelding: Bevestiging huwelijk op 20 maart 1729
Bruidegom: Hendrik Freerks afkomstig van Dokkum
Bruid: Antje Klaasen afkomstig van Dokkum
Opmerking : bruid geboren te Westergeest, bruidegom is vrijgezel
Ondertrouwregister Gerecht Dokkum 1707-1730
Inventarisnr.: DTB 176

Wordt misschien eigenlijk gezel bedoeld? Iemand die als knecht bij/voor een baas werkt? Of iemand die geen leerjongen meer is, maar ook nog geen meester?

groeten van Jacqueline

[RintieJ]

Hallo,

Wie kan helpen bij onderstaande interpretatie?

Zijn (latere of eerdere) huwelijk met Eelkje Jelles heb ik niet kunnen vinden en het echtpaar doopt pas vanaf 1750.

Waarom wordt iemand als 'vrijgesel' omschreven terwijl ook 3 kinderen worden genoteerd? Is hij nooit getrouwd (geweest) met Eelkje (maar woonde hij wel in 1749 samen met haar)?

Het is zeker niet uniek; verder kijkend in de database (zoeken op combinatie vrijgesel, aantal kinderen en aantal volwassen), maar benieuwd hoe dit wordt uitgelegd.

Zijn het twee knechten of inwonende familie en 3 kinderen uit een eerder huwelijk?

De vrij uitgebreide toelichtingen op de Tresoar-site bieden wel een paar aanknopingspunten, bijv.:

Mens en goed --> Quotisatie 1749 --> Verklaring antwoorden:
Leeftijdsgrens was 12 jaar dus mogelijk hier twee oudere kinderen.

Mens en goed --> Speciekohieren --> Collectie Pieter Nieuwland--> Speciekohieren-->Begrippenlijst:
vrijgezel: iemand zonder eigen huishouding; kan eerder gehuwd zijn geweest.

Term werd ook wel gebruikt voor weduwen/weduwnaars.
OK, speciekohieren en quotisatie was niet hetzelfde, maar die begrippenlijst geeft wel een beeld van het fiscale taalgebruik in die tijd.

Over de achtergronden van een bepaalde gezinssituatie geeft een belastingregister uiteraard geen uitsluitsel.

Mvg
RJ

[Michiel]

Beste Jacqueline, beste RJ,

Dank voor jullie antwoorden; het is weer duidelijker geworden! Af en toe zit je zo te focussen op een woord (om een maar aanwijzing te hebben) dat je geen andere betekenis meer ziet.

Alleen jammer dat ik geen enkel huwelijk van Wiebe Jarichs kan vinden, waarschijnlijk een hiaat dan maar.

Groet en nog excuses voor de (door vakantie) verlate reactie,

Michiel.

[hans]

Michiel,

Ik vermoed dat hij in het voorgeslacht van Komrij zit. Zie ons blog:
http://sneuperdokkum.blogspot.nl/2012/1 ... doost.html